Happy Towels
Happy Towels steunt een Goed Doel. Dat kan omdat Happy Towels bespaart op dure tussenhandelaren. Dat scheelt mooi een hoop geld.
Per verkochte hamamdoek schenken we aan een lokaal project in Turkije. Dit project heet: ‘Papa laat me naar school gaan’ (Turks: Baba beni okula gönder (BBOG)).
Zoals alle goede doelen heeft BBOG – ik zeg het maar gewoon – een gladde website met zielige foto’s.
Ik viel er metéén voor. (grapje)
Goede doel Happy Towels
Maar als ik eerlijk ben, weet ik maar weinig van ons Goede Doel. Behalve dan dat de organisatie een goede reputatie heeft.
Er zijn in Nederland natuurlijk veel schandalen rond goede doelen geweest. Zouden goede doelen in Turkije beter zijn?
Hoe erg kan het zijn? Misschien ontvangt het bestuur een vorstelijk salaris. Of huist het in een poenig kantoor met gouden kranen.
Zou het??
Ik heb veel vragen over het Goede Doel. Ook kritische
BBOG heeft een regionaal kantoor in Denizli. En omdat Denizli de provincie-hoofdstad van het dorp van de wever is, kom ik er regelmatig.
Ik besluit het kantoor te bezoeken. Rondkijken en kritische vragen stellen. Ze schepen me vast af met glossy foldertjes, zo stel ik me voor.
Als ik bel voor een afspraak, krijg ik te horen: “Kom maar langs. We zijn er altijd.”
Na wat gezoek vind ik het. Het zit aan een drukke straat aan de rand van het centrum. Als ik het kantoor binnenkom, word ik verwelkomd door een vrouw die zich voorstelt als de voorzitter. Ze heeft kort, lichtbruin haar, en maakt een hartelijke indruk.
De voorzitter brengt me naar een ruime kamer met een lange houten tafel. De tafel is zeker zes meter lang. Ze gaat aan het uiteinde van de tafel zitten. Ik neem plaats op een stoel bij haar in de buurt, maar dat blijkt niet de bedoeling. ‘Nee, ga daar maar zitten.’ Ze wijst naar het andere uiteinde van de tafel.
“Helemaal aan de andere kant?”, vraag ik. Ze knikt.
Daarop schuiven er meer mensen aan. De ene is de secretaris, de ander ‘gewoon lid’. En dan zijn er nog twee anderen van wie ik de functie meteen weer vergeet, behalve dat de ene zegt dat ze gepensioneerd anaesthesist is.
“Leuk”, reageer ik onhandig.
Ik vertel dat ik meer wil weten over het Goede Doel. De voorzitter beantwoordt mijn vragen.
Dit kom ik te weten:
Het regionale kantoor gaat over de beurzen in deze provincie
Meisjes die naar het lyceum gaan kunnen een beurs aanvragen
Het lyceum is middelbaar onderwijs voor 14 tot 18 jarigen
Het meisje moet uit een arm gezin komen, en geldgebrek een belemmering zijn om naar school te gaan
De kandidaten worden geselecteerd op hoogte van hun rapportcijfers
Ook worden ze geselecteerd op ‘onafhankelijk van geest’
Dat betekent dat ze ambitieus moeten zijn en niet overdreven religieus
Een beurs is €45 per maand, voor scholieren
Het goede doel verstrekt ook beurzen aan arme maar bovengemiddeld slimme studenten (universiteit)
Studenten kunnen man of vrouw zijn
Studenten krijgen maandelijks ongeveer € 60
Er zijn ook dingen die me verrassen:
Donateurs hebben recht op een kopie van het jaarlijkse eindrapport van het meisje
Als de rapportcijfers tegenvallen, wordt de beurs stopgezet (oei, vind ik best streng)
Ook kan de donateur eisen stellen aan de ontvanger, bijvoorbeeld dat die uit een bepaald dorp komt
En dingen die me geruststellen:
Alle medewerkers werken onbetaald (in het Turks heet dat: ‘met het hart’)
Ze krijgen zelfs geen onkostenvergoeding
Het kantoor is eigendom van de vereniging, en is betaald met een aparte inzamelingsactie
Zelfs de thee wordt door de bestuursleden zelf betaald
Als bijvoorbeeld een computer op het kantoor stuk is, gaan de bestuursleden daarvoor speciaal met de pet rond
De vereniging organiseert ook culturele activiteiten om de leerlingen en studenten te ontwikkelen
De voorzitter vertelt dat ze geen man heeft, en daarom al haar tijd en energie in het goede doel steekt
Na het gesprek maakt iemand nog snel even een foto voor op Facebook. Dan ga ik met een goed gevoel weg.
Ik weet het zeker: dit Goede Doel deugt!